De Manchester Terriër
Geschiedenis
De voorvader van de Manchester terriër is de -niet meer bestaande- Engelse black and tan terriër, die als ongedierteverdelger werd ingezet. Uitermate populair is deze geweest ten tijde van de “ratkilling” wedstrijden in de 19e eeuw. De ratkilling wedstrijden werden verboden door de overheid en de populariteit daalde. In 1924 kreeg het ras pas de naam Manchester Terriër. Door de slechte hygiënische omstandigheden -in die tijd- in de geïndustrialiseerde stad Manchester, was er veel ongedierte. Waarschijnlijk, was de populatie van deze terriërs in dit gebied dan ook het grootst, vandaar de naam. Ook werd het ras gebruikt om fabrieken vrij van ongedierte te houden maar door het gebruik van rattengif werd zijn rol hierin overbodig. Rond de 2e W.O. was het ras bijna geheel verdwenen, d.m.v. honden uit de USA en gereguleerde kruisingen met English Toy Terriërs is het ras weer opgebouwd.
Karakter
Alert, vrolijk, levendig, gereserveerd en erg gehecht aan de eigenaar
Uiterlijk
Schofthoogte: reuen 40-41 cm, teven: 38 cm.
Kleur: black and tan. Vacht: Kortharig, harde structuur haar, glanzend.
Het is een compacte hond met substantie, waarvan alle delen vloeiend in elkaar overlopen (elegant).
Het hoofd is lang, smal en wigvormig met een vlakke schedel en rechte neusrug
Het oog is klein, amandelvormig en donker met een alerte blik
Snuit dient goed opgevuld te zijn onder de ogen
Het oor is hoog aangezet, en-face gezien vormt het oor een V waarvan de punt van het oor boven het oog, op de schedel valt (knopoor).
De hals is licht gebogen en zonder keelhuid.
Lichaam dient kort te zijn met een smal front, diepe borst, lichte welving boven lendenpartij en een opgetrokken buiklijn
Goede hoeking van schouder & opperarmbeen, rechte voorpoten die goed onder het lichaam geplaatst zijn. Achterpoten dienen sterk en gespierd te zijn met een goede hoeking van knie.
Voeten zijn sterk, een tussenvorm van een katten- en hazenvoet met goed gebogen tenen.
Staart dient niet hoger te worden gedragen dan de ruglijn
Gangwerk dient uitgebalanceerd te zijn. Voor goed uitgrijpend en achter een goed stuwend gangwerk
Zie voor de uitgebreide en exacte omschrijving de rasstandaard
Gebruik
Van oorsprong werd de Manchester terriër gebruikt als ongedierteverdelger. Tegenwoordig zijn het actieve huishonden die door hun atletische bouw en snelheid geen gek figuur slaan bij hondensporten als behendigheid, Flyball, Frisbee of Praktijkspeuren. Gehoorzaamheidstraining kost misschien iets meer energie van u als eigenaar maar als u het leuk kan houden, dan vindt de Manchester het geweldig. Zolang hij/zij maar samen met u activiteiten kan ondernemen. Watersport of apporteertraining zal iets minder geschikt zijn voor de Manchester terriër. Lange wandelingen zijn ze natuurlijk ook dol op en dit moet ze zeker niet onthouden worden. In het land van oorsprong worden zij heel soms nog ingezet op boerderijen om het ongedierte uit de weg te ruimen. Andere bestrijdingsmiddelen zoals gif kunnen niet ingezet worden vanwege het gevaar dat andere dieren zich hieraan tegoed gaan doen.
Verzorging
De Manchester Terriër heeft niet veel verzorging nodig. Af en toe doek/zeem over de vacht, eventueel nagels kort houden, tanden schoonmaken en in de winter evt de punten van de oren insmeren met bijvoorbeeld uierzalf of grafietzalf, omdat de oorpunten dun en weinig doorbloeding hebben.
Gezondheid
vWD – von Willebrands Disease
Bij de Manchester Terrier komt de bloedstollingsziekte vWD type 1 (von Willebrands Disease) voor. Door het testen van de honden is dit heel goed in hand te houden.
Eigenaardigheden
- Nagenoeg alle Manchesters rollen zich graag in een kleedje. Waarschijnlijk een combinatie van een enkele vacht (missen van ondervacht) waardoor zij het sneller koud hebben maar ook mogelijk vanuit het verleden van de hond dat ze graag in een hol slapen en donker willen liggen. De meeste nestelen zich zelf in een kleedje en andere vragen om het kleedje even omhoog te houden!
- Manchesters gebruiken graag hun stem maar over het algemeen is dit in goede banen te leiden.
Enkele voorbeelden: bij het spelen en rennen, wanneer de deurbel gaat, als er katten of andere dieren buiten zijn waar ze niet bij kunnen komen of bij sporten waar ze op hun beurt moeten wachten.
Natuurlijk is dit per individu verschillend, hoe (on)rustig de thuissituatie is of hoeveel er aan actiesport gedaan wordt maar het is wel handig om hier van te voren bij stil te staan.